top of page

Zevenhuizen zoveel meer

zeldzame dieren en nog veel meer

kaart lint.png

In kaart gebracht

Vlakbij Natura 2000

De fietsostrade langs de spoorweg Antwerpen Lier verbindt het gebied Zevenhuizen met het Bos van Mapertingen (400 m) Vanwege de rijke voorjaarsflora is het Bos van Marpingen beschermd als VEN-gebied (Vlaams Ecologisch Netwerk) en als habitatrichtlijngebied in het Europees Natura 2000 netwerk.

https://landvanreyen.eu/natuurgebieden/grote-boshoek

 

 

Het gebied Zevenhuizen maakt  deel uit van het Netebekken : de Zevenhuizenloop doorkruist het terrein. In het noorden sluit de Zevenhuizenloop, via een duiker onder de spoorweg, aan op de Luitersheideloop, die op haar beurt via de Lachenenbeek/ Lauwerijksbeek in de Kleine Nete uitmondt.

123-456-7890

  • Facebook
  • Twitter
  • LinkedIn

Het terrein van Zevenhuizen wordt gekenmerkt door bosjes die vrijwel allemaal langs beken liggen, op vochtige bodem, en die aansluiten op of verbonden worden door graslanden. Reeën komen er ‘s nachts eten van de jonge eikenbomen. Vele kleine dieren hebben hier hun habitat zoals fazanten, vossen, marters, … Trekvogels zoals de hop strijken neer op het gebied.  En er leven tal van insecten (sprinkhanen, wantsen, juffers, bijen, vlinders …) 

terrein.png
zomer.jpg

Biologisch waardevol

​

In 2016 beoordeelde het Instituut voor Natuur-en BosOnderzoek (INBO) dit gebied als “complex van biologische waardevolle en zeer waardevolle elementen”. 

Sindsdien is de fauna en flora verder geëvolueerd: zo ontstond er tussen de rij knoteiken en de spoorweg een spontane groei van enkele honderden ruwe berken die nu samen een bos vormen, reeds met gesloten kroon.

Tussen het jonge berkenbos en de graslanden staat een bomenrij met dominantie van zomereik. Onder de prachtige oude knoteiken van meer dan 100 jaar oud, staat een mix van vegetatie die van groot belang is voor de biodiversiteit, zoals salomonszegel, bosanemoon, valeriaan, en relevante grassen. De ecologische waarde van de 2 natuurlijke poelen gecombineerd met de knoteiken rij moet één waardevol geheel blijven en onaangeroerd.

zomereiken.jpg
knoteik.png

Knoteiken en uitgekraakte knotwilgen

De waarde van de knoteiken is bovendien niet te onderschatten voor de regio en ze zouden zelfs binnen erfgoed moeten opgenomen worden of als klein landschapselement in de regionaal landschap Zuidrand.

​

​Links van de rij knoteiken staan ook 2 uitgekraakte knotwilgen. Na aanvankelijk jarenlang geknot te zijn geweest, liet men de takken doorgroeien, en door hun grootte en gewicht scheurden de  takken dan uit. Zo ontstond het typische beeld van de boom met rondom de schuine dikke takken die op de grond steunen.

Experten stelden vast dat er zich de laatste decennia een sterke verjonging van de zomereiken en kleinere soorten heeft voorgedaan zodat de oude knoteiken nu vergezeld worden door doorgeschoten jonge zomereiken op een strook tussen de 20 en 30 meter. Dit is een sterk signaal dat hier spontane bosgroei aanwezig is. Het belang van de zomereik en de wilgen als top aantrekkingspool voor insecten is van cruciaal belang voor de aanwezige vogels en amfibieën.

zomereiken.jpg
boomsoort insecten_edited.jpg

Experten stelden vast dat er zich de laatste decennia een sterke verjonging van de zomereiken en kleinere soorten heeft voorgedaan zodat de oude knoteiken nu vergezeld worden door doorgeschoten jonge zomereiken op een strook tussen de 20 en 30 meter. Dit is een sterk signaal dat hier spontane bosgroei aanwezig is. Het belang van de zomereik en de wilgen als top aantrekkingspool voor insecten is van cruciaal belang voor de aanwezige vogels en amfibieën.

gras_edited.jpg

Grasland

Zuidelijker vinden we een grasland met een grote verscheidenheid aan grassen (ruige witbol, glanshaver, timotheegras, Tengere rus, grote vossenstaart, engels raaigras, kropaar, struisgras, rietgras en riet) Met het juiste maaibeheer kan dit soort grasland evolueren naar een dotterbloemgrasland. Dit zijn drassige, gemaaide hooilanden.

Dotterbloemgraslanden zijn sterk achteruitgegaan in Vlaanderen en hebben een duidelijke natuurbehoudswaarde. Van de talrijke kenmerkende soorten kunnen we nu reeds een aantal soorten bevestigen, namelijk de echte koekoeksbloem, de avondkoekoeksbloem en de tweerijige zegge.

dotterbloemen.jpg
goudhaantje.jpg

Fauna

De grassen herbergen reeds ontelbare insecten zoals vlinders, wilde bijen, kevers, spinnen en amfibieën die interessant zijn voor de biodiversiteit. Het ruige grasland is een sterke

aanvulling op het bosgebied aan de andere kant van het spoor. Tal van vogels zoals torenvalken, buizerds en uilen gebruiken de graslanden om voeding te vinden (muizen, insecten, …). Torenvalken nestelen in de populieren. Specifieke vogels voor graslanden en akkervogels (van groot belang volgens een recente studie van Natuurpunt) leven of broeden hier zoals de grasmus, de kleine karekiet, enz... .  

Ook andere waardevolle soorten verblijven hier zoals een veelvoud aan akkervogels (fazanten, patrijzen, de grasmus, de geelgors, het goudhaantje, …) 

Ten zuiden van het gebied staat een rij oude populieren met een ondergroei van zomereiken en relevante plantengroei zoals o.a. bosanemonen en lis.  Ook ruwe berken, notelaars, kastanjebomen, ... staan in de buurt, naast tal van bosjes, eigen aan het gebied.

​

De natuur en de rust in het gebied Zevenhuizen is geliefd bij vele Lintenaars. En scholen bezoeken het gebied onder andere voor de vele vlinders.

eglantier.jpg
kids.jpg
regenboog_edited.jpg

VEN-gebied

Dit gebied heeft een potentieel om de doelstellingen van 125.000 hectare VEN (samenhangend en georganiseerd geheel van gebieden van de open ruimte waarin een specifiek beleid inzake natuurbehoud wordt gevoerd) te creëren. De zone met waardevolle natuurelementen, samen met  het jonge bos langs het spoor, de populierenrij in het midden, en het bosje in het Z (populieren + eiken + begroeiing) en de strook parallel met de Zevenhuizenstraat hebben een potentieel voor VEN gebied zoals het natuurdecreet nastreeft. 

burgemeestersconvenant.jpg

De gemeente Lint ondertekende in december 2020 het burgemeestersconvenant. Gemeenten engageren zich daarmee tot een gericht en langlopend beleid dat aansluit bij de internationale doelstellingen op het vlak van energie en klimaat. met de verlaging van de CO2-uitstoot op het hele grondgebied, het verhogen van de klimaatbestendigheid en op duurzame en veilige energie voor iedereen. 

 

Eén van de belangrijkste variabele achter klimaatverandering is het stijgende CO2-gehalte in de atmosfeer.

Bomen nemen CO2 uit de en leggen die via fotosynthese vast in het hout van hun stam en takken (=C=koolstof) en geven zuurstof (O2= zuurstof) af. Dit is een belangrijke huidige functie van het gebied Zevenhuizen. Een boom met stamdiameter van 40 cm stockeert ongeveer 1,5 ton koolstof en neemt jaarlijks circa 22 ton CO2 op. Een boom van 4 cm diameter stockeert ongeveer 7 kg en neemt 1 kg op per jaar. Om onmiddellijk dezelfde stockage te verkrijgen moet je dus 1 boom van 40 cm diameter vervangen door meer dan 200 bomen van 4 cm diameter. 

OP het gebied Zevenhuizen staan ongeveer:

87 oude populieren, 1 oude knoteik, 2 oude wilgen, 30 tal volgroeide zomereiken, 50 tal jonge doorgeschoten eiken, 200 tal ruwe berken met onderkroon,  notelaars, kastanje, es.

Zij huisvesten vele dieren en garanderen een enorme biodiversiteit.

Daarnaast zorgen bomen in de zomer niet enkel voor schaduw, door verdamping doen ze de omgevingstemperatuur dalen: opgaande beplanting koelt (net zoals andere vormen van beplanting) overdag zijn omgeving actief af door verdamping via de huidmondjes van bladeren. We noemen dat evapotranspiratie. Een boom kan ’s zomers ongeveer 400 liter per dag verdampen. De onttrokken energie/warmte uit de omgeving resulteert in een lokale afkoeling van de luchttemperatuur (Kramer and Kozlowski 1960). Een bos koelt effectiever bij langdurige hittegolven omdat ze meer water evapotranspireren en diepere wortels hebben dan grassen en lagere vegetatie

Ook oude graslanden zijn een grote stockageplaats van CO2

bottom of page